Huize
"Klein-Eyckenstein", 9 juli 2008.
Onze familienaam komt in verschillende varianten voor. Naast Van Eyck komt ook Van Eijck, Van Eijk, Van Eik en Van IJk voor. Van geen van deze kun je op het eerste gezicht zeggen dat ze goed of fout gespeld zijn. Want dat hangt af van de criteria die je daarvoor aanhoudt.
Als dat de voormalige burgerlijke stand - nu de gemeentelijke basisadministratie, kortweg GBA - is en de naam wordt er als zodanig in vermeld, dan is de spelling correct. Op basis daarvan geldt immers dat je heet zoals je bij de overheid staat geregistreerd... Ook als daar ooit fouten in zijn gemaakt doordat een slordige of niet al te goed onderlegde ambtenaar van de burgerlijke stand zich verschreef.
Interessant is in dit kader wat Leo Hendriks en Marga van Zutven - Van Eyck daarover opmerken in hun "Genealogie van het geslacht Van Eyck / Eijck (uit Utrecht):
De ambtenaar laat bij de trouwakte van Antonius Lambertus van Eyck, geboren op 24 juli 1853 te Utrecht vermelden "De bruidegom verklaart wel te weten dat de namen Van Eijk en Van Eijck voorkomende in de overgelegde stukken op hemzelve betrekking hebben." Daar voegen zij aan toe: "In deze tak der Van Eyck-en is de schrijfwijze in de ambtelijke stukken inderdaad voortdurend aan wisseling onderhevig, zij het met een grote voorkeur voor Van Eijk. De ondertekening door de desbetreffende leden van het geslacht Van Eyck vertoont dezelfde variatie".
Maar blijkens onderstaande foto van een grafzerk komen verschillen in de voorgestane spelling van de familienaam ook nu nog voor. Willem J.P. van Eyck stond er op dat zijn naam met een y en niet met een ij werd gespeld, terwijl zijn echtenote de voorkeur gaf aan de spelling in de GBA:
De administratie bij de overheid geeft aan hoe je bij de GBA te boek staat en die registratie wordt aangehouden in allerlei officiële geschriften en documenten, ongeacht in het verleden gemaakte fouten. Er zijn procedures om die gemaakte spelfout recht te zetten - door de koning of koningin te bekrachtigen - maar velen weten niet dat hun naam ooit anders werd geschreven en vinden het allemaal wel goed zo. Wat onze familienaam betreft is het duidelijk dat die in oorsprong als Van Eyck - zeker sedert de Middeleeuwen - werd gespeld en als zodanig toen in officiële geschriften voorkwam.
Naast de GBA zijn ook andere criteria denkbaar om te beoordelen hoe iemand in werkelijkheid heet en hoe je die naam dient te schrijven. Denkend aan de basisfunctie van een naam - het onderscheidend vermogen - dan zie je in de praktijk dat men soms anders wordt genoemd dan in de GBA staat vermeld. Een voorbeeld uit het dorp waarin ik woon betreft de vele, niet direct aan elkaar verwante families Jans(s)en. Hun familienaam is het onderscheidend vermogen in ons dorp echt kwijtgeraakt, vandaar dat ze bijna altijd met een bijnaam worden aangeduid. De families Schoenmaker, De Kikker, Hulles, De Gar, Van Tun, De Schoes, De Eigenwieze, De Krumel, Van Derk, De Vreemdeling en Van de Zeven Geitjes heten volgens de GBA - sommigen noemen dat officieel - allemaal Jans(s)en. Maar niet iedereen in ons dorp weet dat: er zijn er die in de veronderstelling verkeren dat bijvoorbeeld Peter Schoenmaker niet alleen gewoon zo heet maar ook 'officieel' zo heet. En als je vraagt waar Jan Jansen is, dan kijkt men je in ons dorp vragend aan want wie bedoel je: Jan van Tun, Jan Hulles, Jan van Derk of Jan de Schoes?
Er geldt ook nog de regel dat je heet zoals je graag hebt dat men je noemt. Er zijn verschillende mensen die daartoe een pseudoniem gebruiken. Velen weten dan weer niet dat dit pseudoniem niet de 'officiële' naam van de drager is: pas sinds kort weet ik dat Adriaan van Dis 'officieel' Adje Mulder heet...
In de GBA staan namen als Koos Krommenhoek, Carel en Willeke Verbrugge, Hendrika Sturm, Hendrik Hazelhoff, Hans Mulders, Raymond van Eyck, en Jacoba Hollestelle, maar zij 'heten in het echt' natuurlijk achtereenvolgens Koos Alberts, Willy en Willeke Alberti, Rita Corita, Max Dendermonde, Hans Kazan, Erik van Ruysbeek en Conny vandenBos... Waarom Raymond van Eyck overigens Erik van Ruysbeek wil heten en niet onder zijn eigen fraaie naam bekendheid wil krijgen begrijp ik niet... |
Een illustratie van een fout bij de burgerlijke stand van eertijds betreft de achternaam van de jongste broer van mijn vader: die heeft zich er zijn leven lang aan geëergerd dat hij niet zoals zijn vader en broers en zus Van Eijck maar Van Eijk heette... Zijn kinderen hebben dit later voor hen recht laten zetten en heten dus weer Van Eijck.
Mijn vader ten slotte heeft tot zijn dood volgehouden dat zijn achternaam Van Eyck was en dat hij lak had aan de verschrijvingen bij de burgerlijke stand ooit gemaakt, zoals hij vaak zei. Aardig in dit verband is het volgende:
II Iets over het begin van onze spelling
Voor Godt wil ick belijden
End zijner grooter Macht,
Dat ick tot gheenen tijden
Den Coninc heb veracht
Dan dat ick Godt den HeereDer hoochster Maiesteyt,
Heb moeten obedieren,
In der gherechticheyt.
Voor wat de lange en korte klinkers betreft groeide de 'regel' dat bij een lange klinker de letter i of y of e - moest worden toegevoegd: men noemde zijn woning zijn 'huus' maar degenen die konden schrijven schreven 'huis', 'huys' of 'hues': de erfgenamen van Aert van Eyck (1686-1745) bezaten "huys, schuere, hoff en aenstede."
Dit wijst er op dat de naam Van Eyck als Van Eek werd uitgesproken: denk hier ook aan een eker - iemand die eekt, d.w.z. eikenhout van de schors ontdoet en daarmee de leerlooierijen van grondstof voorziet - en een ekel of eekhoorn. Jan van Eyck, de Middeleeuwse schilder, staat in bepaalde oorkonden als Jan van Heeck of Jean de Hecke vermeld: in het Brabants en Vlaams wordt vaak een 'h' uitgesproken voor een klinker en de 'h' weggelaten waar hij wel stond. Mijn vader had het over Henkúzen waar hij Enkhuizen bedoelde...
Men kan overigens ook beredeneren dat men niet Van Eek mee Van Aak zei: zie Van waar alx -ixh-xan?
De
'regel' over de 'i' als klankverlengingsteken is nog terug te vinden in
verschillende
Nederlandse dialecten en in plaatsnamen als
Oirschot,
Oisterwijk, en Huissen: spreek uit Oorschot, Oosterwijk en
Husen.
Het probeem dat een lange ii op een gegeven moment erg op een ü leek - toen die letter ontstond om verwarring met de v te voorkomen - toen werd op een gegeven moment dat probleem opgelost door de 'aanvullende regel' dat een een 'lange i' niet door een i maar door een verlengde, of van een staart voorziene i - het onstaan van de j - dus een j gevolgd moest worden: geen iis maar ijs(spreek uit als 'ies') -> Paris werd in het Nederlands dus op een gegeven moment als Parijs en Berlin als Berlijn geschreven, terwijl men Paries en Berlien bleef zeggen...
Dit leidde ook tot de schrijfwijze Wijchen en Wijhe waar men de plaatsen Wiechen en Wiehe bedoelde.
Zeker
in de eerste eeuwen van het bestaan van het Nederlands - nou ja
Nederlands:
er waren sterke regionale verschillen - trachtten zij die
konden schrijven het
gehoorde
verschil van een medeklinker die ergens tussen de k
en de harde g
in lag aan te geven met een ck. Misschien komt die
klank overeen met de
zachte, zuidelijke g van nu.
Ook schreef men niet alleen Van Eyck maar ook Eycx, Eycks, Eyckx of Eyx.
Overleden te Poppel 9/1604: Petronella infans Arnoldus Eycx, ex peste,
Overleden te Poppel 12/1650: Barbara Aert Eyx
Overleden te Poppel 21 11 1678: Godefridus Aert Eycks
De x en ook de s duiden hier op de tweede naamvals 's' te vergelijken met de s in Jans hoed = de hoed van Jan. Of die tweede naamvals 's' ook in het mondelinge verkeer werd gebruikt, is niet te achterhalen: vermoedelijk alleen in de schrijftaal en wel van personen die er blijk van wilden geven hun grammatica goed te kennen en aldus meewerkten aan het ontstaan van een schrijftaal naast spreektaal?
Tot in de 18e eeuw komt onze familienaam als Van Eyck voor in allerlei officiële geschiften en oorkonden. Veelal gebeurde dat in kerkelijke boeken als doop-, trouw- en overlijdensregisters. Omdat veel mensen in het dorp bleven wonen waar zij geboren waren, was het voor degenen die deze registers bijhielden gemakkelijk om te zien hoe de familienaam eerder werd geschreven en dus simpelweg - nou ja simpelweg: er werden hier en daar toch slordigheden begaan - kon worden overgeschreven.
Zo bleef
het
eeuwen achtereen gewoon Van Eyck: degene die de inschrijving verrichtte
was vaak de pastoor in het dorp, iemand dus die kennis van het
latijn en dus geen enkele moeite met de y
had. Maar in de loop van de 18e eeuw kwam daar een
kentering in: varianten
ontstaan als Van
Eijck, Van Eijk en Van Eik. Door slordigheden, onwetendheid - velen
waren analfabeet en wisten niet hoe hun naam 'officieel' geschreven moest worden
en konden degene die de doop- trouw- en begraafregisters
bijhielden dus ook niet corrigeren - maar ook speelde een niet
onbelangrijke rol de toen
opkomende opvatting dat de
Griekse
IJ (= Y, in het Frans Y-grèc) vervangen diende te worden
door de Hollandse IJ, beide overigens indertijd
uitgesproken als ie. De I en de J samen werd op een gegeven moment zelfs als één letter beschouwd, de lange ij....
De invoering van de burgerlijke stand - kort na het begin van de 19e eeuw, onder invloed van de Franse bezetting van Nederland - zorgde ervoor dat de toen geldende schrijfwijze voor een persoon zo goed mogelijk werd gehandhaafd. 'Heette' men toen Van Eijk, dan bleef dat formeel zo.
Onderstaande kopie komt uit Het Vaderlandsch AB-Boek, uitgegeven door W. Holtrop te Amsterdam in 1781. Per bladzijde wordt een letter besproken zodat de schoolgaande jeugd het lezen ervan - en later ook het schrijven ervan - zich eigen kon maken. De Y werd toen algemeen als ie uitgesproken en dat werd dus ook zo onderwezen.
Bevreemdend is dat die klankverandering in het Westfries nog weer verder ging: plaatsen als Parijs en Berlijn heten hier Perais en Berlain of Perois en Berloin. 'D'r benne Westfrieze die altoid per troin nei Perois roizen'.
In onze stamboomgegevens en kwartierstaten heb ik om de familieband te benadrukken in eerste instantie consequent voor Van Eyck gekozen, maar in veel gevallen luidt de achternaam volgens de GBA Van Eijck of Van Eijk.
Kortom: het was ooit Van Eyck, wat later in verschillende gevallen 'verwaterde' tot Van Eijck, Van Eijk of zelfs gewoon Van Eik of Van IJk. Maar ik heet, net als velen, naar mijn vader, dus Van Eyck...
Was getekend,
Thijs J. van Eyck